
Luisteren en niet weten
of
De weg naar verbinding is naar binnen
Afscheid, lijkt het thema op dit moment. Afscheid van een overleden vriend, die ik voel wegebben, vertrekken naar, ik weet niet waar; maar gisteren was hij nog even dichtbij, boven mij cirkelend als velduil, een verjaardagsgroet brengen. Stil, present nam ik het schouwspel van de witte majestueuze, op de luchtstroom glijdende vleugels waar, een kostbaar ogenblik. Terwijl ik daarvoor nog in hart en gedachte verzonken, bezig was met het andere afscheid van een dierbare vriend, die opeens de band verbreekt.
De zwevende vogel herinnerde me eraan, niet nog meer pijlen af te schieten op de reeds ontstane pijn, door de onverwachte breuk. Maar zo een maalstroom van gevoelens-gedachten is heel hardnekkig en moet liefdevol, maar resoluut telkens weer een halt toe geroepen worden. En keer op keer teruggeroepen naar nu met zijn prachtige cadeaus van snurkende honden of warm afwaswater, dat vraagt om er met volle aandacht bij te zijn, alsof het kostbaarste juwelen zijn, wat ook zo is. Of de majestueuze wolken die heel even door de voorjaarszon versierd worden met een gouden aureool.
Blijven in de stroom van nu, een moment diep doorademen en contact maken met waar ik ben, wat er echt is op dit moment. Ja, er is ook pijn, hier in mijn hart, maar in het licht van de uil, het veld en de zonovergoten verjaardag, kan ik die overdragen en delen met het ogenblik.
Ik voel hoe ik wijdser, vrijer en zachter wordt, al doet het zeer, het misverstand, de verdeeldheid, de scherpe woorden, die mijn argeloze hart zwaar treffen.
Ik voel het is tijd voor inkeer, zelfreflectie en beraad. Maar ook voor zelfzorg, de omgewoelde aarde van emotie laten settelen, luisteren naar wijsheid van een dieper plan.
Ik zie waar ik te kort schiet, waar ik kan leren het anders te doen, niet vanuit de conditionering; waar mijn karakter, gevormd door generaties familie pijn en levensloop, op dwaalspoor vertwijfeld naar illusionaire binding zoekt, en ik, (tijdelijk) gevangen in verlangen en behoefte, onvrij handel en reageer.
Ach menselijk bestaan, soms zo ingewikkeld, al die pijn, kinderlijke “jähzorn”, botsende communicatie, verwachtingen, elkaar snijdende angsten en concepten van hoe het hoort, niet te spreken van het spel dat wil en ego met ons spelen.
Dat vraagt om bescheiden en eerlijk durven kijken naar mijn blinde vlek, in zoverre ik die kan zien. Maar ook om mijn boosheid(zolang een onderdrukt taboe) te durven voelen en als waardevol onderdeel van mezelf ervaren, met eveneens bestaansrecht, kracht en wijsheid.
Ervaren hoe weinig ik weet, hoe goed dit “niet weten" voor me is, en ik in deze ontvankelijke openheid een tijd wil verwijlen. Daar waar zekerheid ophoudt en het frêle luisteren begint, daar wil ik een poos vertoeven, en pogen mijn kopje leeg te houden, opdat de meester Leven er zijn thee in kan schenken.
Niet te schieten in het oplossen, in doen; leren zijn met wat is, met de pijn, mijn kleine Michele horen en me met haar verbinden. Zien wat afscheid met me doet, het doorsnijdt de illusie van vastigheid, zekerheid en bouwen op.
Afscheid ook van weer een stuk gezondheid, nu er weer gesneden moet worden in mijn gehavend omhulsel, dat toch zo trouw zorgt dat ik in deze vorm hier op de aardkloot mag vertoeven. Ook dat raakt diepe lagen pijn, trauma en brengt me tot sober zijn. Zijn met die pijn, verwijlen, erdoorheen ademen en luisteren, heel aandachtig luisteren naar wat het lichaam fluistert. Daar waar de zon ophoudt en de tranen beginnen, ook daar durven zijn, zonder oordeel zo mogelijk.
Menselijk mogen zijn, zijn met mijn oordelen, chagrijn, ongeduld, angsten, begeerte en die waarnemen en meer niet. Niet anders willen zijn, geen streven of moeten, wakker rustend met wat is.
Al die pijn doet mijn linker lichaams spieren samen trekken. Dan weet ik, ah, er is zelfliefde nodig. Liefdevolle retraite in de stilte van het vertragen, de natuur en andere helende toevluchten, die ik met de jaren heb ontdekt.
Vanochtend, bij een lange ontspannings meditatie, zag ik hoe druk mijn innerlijk was, vol met de recente gebeurtenissen, en het kostte me extra diepe ademteugen om me écht over te geven aan de liefde van de aarde. Ik eindigde met een hand op mijn hart en op de chant van Avalokiteshvara.
Vanuit diep in mij verrees een geluid, dat uiting gaf aan de verbijstering en woede, bevrijdende, vrije geluiden, die beelden ontkiemden. De eerste zaailing was mijn kleine ik boksend en van zich af trappend, samen met mijn volwassen ik, wat als een welkome, onverwacht krachtig beeld ontstond. Waarna een andere tekening opkwam; en het licht me zacht omhelsde.
En dat laatste beeld is mijn screensaver tot nadere orde.
Reactie plaatsen
Reacties
Prachtig geschreven! Heel herkenbaar en invoelbaar 🍀